Nederland, tuin van West-Europa en leverancier van kwalitatief hoogwaardige groente- en fruitproducten.
Nederland dankt zijn naam als tuin van Europa aan zijn gunstige ligging ten opzichte van afzetmarkten, de kwaliteit en eeuwenlange ervaring in het telen van groente en fruit.
 Ook het gunstige klimaat werkt in ons voordeel.
Achter de genoemde aspecten staan natuurlijk de mensen, die met behulp van hun uitstekende kennis het optimale uit deze onderdelen halen.
Er is geen land ter wereld, dat meer tuinbouwproducten naar zoveel landen exporteert dan Nederland.

Er zijn verschillende slasoorten waarvan kropsla de belangrijkste is
Kropsla is één van de vier belangrijkste tuinbouwproducten die in Nederland onder glas worden geteeld.
Onder kropsla wordt verstaan het bovengrondse gedeelte van gekweekte soorten sla.
Deze slasoort is de meest gebruikte soort in Nederland.
Goede kropsla moet aan de volgende eisen voldoen

  • vers zijn.

  • intact zijn.

  • voldoende ontwikkeld zijn.

  • vrij van parasieten.

  • geen vreemde geur hebben.

  • geen kleurafwijkingen hebben.

Kropsla leverd aan energie 51 kj=12 kcal. per 100 gram eetbaar gedeelte.

 

IJsbergsla...

Ijsbergsla wordt volop in Nederland gekweekt en wint aan populariteit ten opzichte van de kropsla.
Dat is voornamelijk te danken aan het feit dat deze knapperiger van smaak is en langer houdbaar.
 Ijsbergsla ziet eruit als een losbladige kool, met dicht op elkaar liggende, geelgroene, glanzende bladeren.
Ze is bros , knapperig, stevig en toch mals.
De bladeren zijn enigszins doorzichtig, zodat het lijkt of ze bevroren zijn, vandaar de naam.
De smaak van ijsbergsla is pittiger en geuriger dan die van kropsla

Eikebladsla...

Eikebladsla, feuille-de-chêne is een losse, gekrulde sla die geen krop vormt.
Ze is zowel in het rood als in het groen verkrijgbaar.
Deze slasoort wordt voornamelijk geteeld in Frankrijk.
Ze is heel mals en zacht.
De buitenste bladeren kunnen ook gestoofd gegeten worden.
Zeer geschikt voor decoratie doeleinden bij salades, door de kleur en vorm.
 

Veldsla....

Veldsla, ook wel ezelsoren genoemd, is een winter- en voorjaarsgroente, die in Nederland wordt gekweekt, maar die we ook importeren uit Frankrijk en België.
De groente wordt jong geoogst en is rauw zo zacht en smakelijk, dat ze vrijwel nooit gekookt gegeten wordt.
Veldsla wordt in ruim water gewassen en van het wortelvoetje ontdaan.
Fijnsnijden is niet nodig.
Veldsla kan ook mooi dienen als garnering of broodbeleg.
Een stamppot van rauwe veldsla is ook een prima optie.
 

Krulandijviesla...

Krulandijvie of frisé komt hoofdzakelijkin Zuid-Europa voor en wordt bij ons geïmporteerd uit Frankrijk, Italië en belgië. Ze wordt in ons land op beperkte schaal geteeld.
Door het zachte blad kan krulandijvie uitstekend rauw gegeten worden.
Maak de groente net zo schoon als kropsla en halveer de krop zodat de bittere pit er makkelijk uitgesneden kan worden.
Snijd de halve kroppen in smalle reepjes, te beginnen bij de bladtop en gebruik de krulandijvie als kropsla.
De groente kan ook gestoofd of als vulling in soep worden gegeten.

Roodlofsla...

Dit is een variëteit van de kropsla en dankt zijn naam aan de rode kleur. De kropjes zijn zo groot als een vuist en groeien op een wortel.
Vaak is er bij het oogsten een stukje van de wortel blijven zitten, dat meegegeten kan worden en ervoor zorgt dat de sla langer vers blijft.
De kropjes hebben wijnrode bladeren met witte nerven, ze zijn stevig en toch mals en knapperig.
De smaak is wat bitter.
Ze kan enige dagen bewaard worden.
Er bestaat ook een roodlof dat is echter familie van de witlof, en heeft ook de vorm van witlof.
 

Bataviasla...

Lijkt op eikebladsla maar is compacter van vorm met stevige bladeren.
De smaak is zacht en een beetje bitter.
 Het is een weinig voorkomende soort en is dan ook niet gemakkelijk te kopen.
 

Romeinsesla...

Dit is een recht omhoog groeiende binsla.
Door het dichtbinden van de bladeren aan de top bleekt het hart en blijft dit zacht.
De buitenste bladeren zijn vrij stug en kunnen goed gestoofd worden(3-5)min.
De smaak is dan tussen die van spinazie en andijvie in.
Het binnenste deel is zeer geschikt om rauw te eten; de smaak is dan iets wranger dan van kropsla.
Ze wordt ook net als kropsla klaar gemaakt, en ook spinazierecepten zijn geschikt voor deze sla.

Lollorossosla...

Deze soort is zeer decoratief en wordt veel gebruikt voor garnering.
 Echter, deze sla is ook heel geschikt om een goede slaschotel van te maken, vaak in combinatie met een andere soort zoals ijsberg of kropsla.
Ze is iets bitterder van smaak maar overheerst niet.
De kleur van deze slasoort maakt haar mede aantrekkelijk voor een combinatie.
 

Lollobiondosla...

Dit is de groene Lollo soort.
En iets minder bitter dan de rode.

Molsla...

Molsla wordt in het Frans pissenlit genoemd en is het blad van de paardebloem.
De gekweekte soort heeft vrij brede en lange bladeren.
 Ze groeien in een rozet. In Frankrijk is het een geliefde slasoort.
De smaak is bitter en doet het uitstekend in combinatie met uitgebakken spekjes.
 

Frisee sla

Frisée is een groengele bladgroente, die uitgroeit tot een grote, platte roos.
De binnenbladeren zijn geler dan buiten bladeren.
De krop groeit als een krop met losse brede bladeren.
Het verschil tussen frisee en gewone andijvie zit hem in dunnere smallere gekrulde bladeren.

Schoonmaken en bewaren
Haal de bladeren van de krop en scheur ze na het wassen en drogen in stukjes.
Snijd frisee liever niet, want dan gaat het krullerige effect verloren.
Frisée is twee tot drie dagen houdbaar in de koelkast.
Bewaar frisée in een open plastic zak...